de
en
Menu
Het gaat goed met de aardappelsector, stelden Ruud Huirne, directeur Food & Agri van de Rabobank, directeur Jan van Hoogen van Agrico en financieel directeur Ed Kraaijenzank van Avebe tijdens een door de bank georganiseerd akkerbouwseminar in Groningen. Of het nu gaat over poot-, tafel- of zetmeelaardappelen, in alle teelten staat Nederland op voorsprong, zo lieten de inleiders hun gehoor weten.
Honger naar aardappelen
Met de toenemende vraag naar diepvriesfrites zit ook de pootgoedsector in de lift, trapte Van Hoogen de ‘wedstrijd’ af. De industrie investeert flink in de uitbreiding van verwerkingslijnen. ‘Om die van voldoende grondstof te voorzien, heb je fritesaardappelen nodig, en het jaar daarvoor pootaardappelen. Wat wil je nog meer. Er is een enorme honger naar aardappelen. We gaan dus fors in areaal groeien met onze pootaardappelen.’
Avebe wil het rendement voor zijn telers vergroten simpelweg door ‘er uit te halen wat er in zit’, zei Kraaijenzank. Lag in het verleden de focus op zetmeel, in de toekomst verschuift die meer en meer naar de specialties. Een zetmeelaardappel bestaat voor ongeveer 20 procent uit zetmeel en voor ongeveer 75 procent uit water. Maar die laatste 5 procent, daar zit de marge en dus de toekomst, aldus Kraaijenzank. Met een markt die meer en meer vraagt om producten zonder E-nummers, allergenen of dierlijke producten liggen er volop kansen voor Avebe, zei hij. ‘Dat is de markt waar wij in zitten met onze specialties. De combinatie van eiwit en zetmeel is bijvoorbeeld een vervanger van dierlijke gelatine in snoep.’ En dankzij deze ontwikkeling kan de prestatieprijs alleen maar stijgen, meent Kraaijenzank. ‘Die gaat in de komende jaren stapsgewijs naar ongeveer 90 euro.’
Verwerkingscapaciteit groeit
Huirne maakte de overwinning compleet met zijn voorspoedige weerspiegeling van de aardappelteelt. Er is een grote honger naar frites en chips, vooral in opkomende markten, en de exportlanden profiteren hier goed van. ‘De verwerkingscapaciteit in Nederland en België breidt flink uit en die uitbreiding kan niet zonder Nederlandse pootaardappelen.’
Huirne waarschuwde wel voor achterover leunen, waardoor tegenstanders alsnog op voorsprong kunnen komen. Toenemende risico’s door onder meer ziekten en grilliger weer en verlies van vitaliteit van de bodem kunnen leiden tot een onverwachte tackle.
Scheiding gebruik en bezit landbouwgrond
Daarnaast kan de nog steeds stijgende grondprijzen een hindernis vormen voor transfers in de sector. Huirne voorziet een toenemende scheiding tussen het gebruik en het bezit van landbouwgrond. Het aantal constructies waarbij de boer niet langer de eigenaar is van de grond neemt toe: denk aan pensioenfondsen die in grond beleggen, maar ook families die het bedrijf verkopen, maar de grond in bezit houden om deze te verpachten. ‘De financiële consequenties zijn dan ineens heel anders. Als je alles hebt gepacht, heb je weinig financiële zekerheden onder je bedrijf.’
Bron: Akkerwijzer
Auteur: Fenneke Wiepkema